Ga antibioticavrij – het nieuwe tijdperk voor diervoeder

In onze laatste Spotlight -blog vertelt Liliana Quillama hoe de nieuwe standaard voor antibioticavrije diervoeders van GMP+ International bedrijven en boeren wereldwijd kan helpen bij het aanpakken van antimicrobiële resistentie.

Als er antibiotica in diervoeder zitten, zelfs maar een klein beetje, kunnen ze helpen dat er resistentie tegen antibiotica ontstaat. Het is belangrijk om te voorkomen dat deze resistente bacteriën opduiken en zich verspreiden, en diervoeder speelt hierin een belangrijke rol.

Hoewel het gebruik van antibiotica in diervoeder als groeibevorderaars sinds 2006 in de EU verboden is, worden ze in veel delen van de wereld nog steeds op grote schaal gebruikt. Deze praktijk blijft resistentie in de hand werken en brengt de doeltreffendheid van levensreddende antibiotica in gevaar. Antibiotica kunnen ook via mest, afvloeiing en afvalwater in het milieu terechtkomen, wat kan bijdragen tot de ontwikkeling van antibioticaresistente bacteriën in natuurlijke ecosystemen.

Onafhankelijke certificering die het verschil maakt

Er is een groeiende vraag van zowel regelgevers als consumenten dat de hele diervoederketen – van inkoop tot productie, opslag en transport – bewezen antibioticavrij is. En dat is waar onze nieuwe internationale standaard om de hoek komt kijken.

De huidige GMP+ standaard zegt dat bedrijven het gebruik van antibiotica goed moeten beheersen en moeten checken op verontreiniging. Echter tijdens de Global Feed Safety Summit 2022 heeft GMP+ International gezegd dat ze meer gaan doen om dit probleem aan te pakken, omdat de industrie vindt dat er meer moet gebeuren.

We zijn verheugd om nu de internationale versie van de GMP+ TS2.2 Antibiotica-vrij diervoeder add-on standaard te lanceren. Deze is gebaseerd op de ervaring met een eerdere versie van dezelfde standaard die voor de Nederlandse markt is ontwikkeld, en is nu beschikbaar voor bedrijven wereldwijd. Deze standaard is ontwikkeld in samenwerking met experts uit de hele wereld en biedt diervoederbedrijven overal een manier om aan te tonen dat hun producten en uitvoering echt antibiotica-vrij zijn.

Voldoen aan de standaard

Om onder de TS2.2 standaard gecertificeerd te worden, moeten bedrijven eerst een GMP+ Feed Safety Assurance (FSA) certificaat hebben. Op basis daarvan moeten ze vervolgens aantonen dat er in hun productiefaciliteit helemaal geen antibiotica aanwezig zijn of worden verwerkt. Het gaat hier niet om het certificeren van een enkele partij of een afzonderlijke productielijn, maar om het certificeren van de hele productielocatie.

Een onafhankelijke en gekwalificeerde partij moet ook regelmatig monsters van het diervoeder nemen, die worden getest (meestal met behulp van een zeer gevoelige LC-MS/MS-analyse) op de aanwezigheid van sporen van antibiotica. De certificering geldt ook voor mengvoeder, voedermiddelen, toevoegingsmiddelen en voormengsels.

Voor retailers en consumenten is diervoeder dat onder TS2.2 is geproduceerd een extra garantie dat hun voedsel veilig is en afkomstig is uit een toeleveringsketen die zich inzet voor het behoud van de effectiviteit van essentiële geneesmiddelen. Hoewel de certificering van toepassing is op diervoederbedrijven, helpt deze veehouders en aquacultuurproducenten om hun inzet voor een antibioticavrije productie aan te tonen.

Aan de slag gaan

Van veehouders en aquacultuurproducenten wordt steeds vaker verwacht dat ze transparant zijn over hoe hun dieren worden gehouden, en certificering van antibioticavrij diervoeder is een geloofwaardige manier om aan die groeiende behoefte aan transparantie te voldoen.

Als je klaar bent om je bedrijf te laten certificeren volgens de TS2.2 Antibioticavrij diervoeder, neem dan vandaag nog contact op met je Certificatie Instelling en zet de volgende stap in de strijd tegen de bedreiging van antimicrobiële resistentie.